Direct naar artikelinhoud
Interview

Vanessa Henneman behartigt de belangen van de halve Nederlandse filmwereld: ‘Het een misvatting dat ons vak om geld draait.’

‘Als ik geen tijd heb om een script te lezen, zeg ik dat.’Beeld Marc de groot

Vanessa Henneman (52) waakt bijna moederlijk over de halve Nederlandse filmwereld. Haar agentschap bond onlangs topactrices Carice van Houten en Halina Reijn aan zich. De sleutel: transparantie. ‘Ik haat gelieg en gedraai.’

Ze heeft alle seizoenen gezien, zegt ze. De Franse Netflixserie Call My Agent over een Parijs agentschap voor acteurs, oorspronkelijke titel Dix pour cent (‘Tien procent’), is een hit bij Vanessa Henneman (52) en haar man, acteur Daniël Boissevain. Favoriet is de aflevering waarin een agent zo overwerkt raakt dat ze een filmscript zonder te lezen aanprijst bij actrice Charlotte Gainsbourg, die in de serie zichzelf speelt. Henneman, schaterend: “En die belandt zo in een vreselijke B-film. Waar die agent haar vervolgens weer uit moet zien te krijgen zonder de producent en de scriptschrijver te beledigen.”

Herkenbaar?

“Toen ik net twee weken als agent werkte, dacht ik voor een actrice een vlekkeloos schema te hebben bedacht. Ze zou overdag in een grote tv-serie spelen en ’s avonds op tournee gaan met een theaterstuk. Het paste precies! Alleen: ik zag over het hoofd dat het toneelstuk ook matinee­voorstellingen had. Totale paniek! Wat moest ik met een filmset met zeker duizend medewerkers en figuranten en een theatervoorstelling die niet afgezegd kon worden? Ik voelde me verschrikkelijk en zei: ‘Desnoods huur ik op eigen kosten een helikopter, maar dit móét doorgaan’.”

“Gelukkig stond mijn werkgever achter me, die betaalde de heli. Die was inderdaad noodzakelijk. Het tekent de grote ­valkuil van ons vak: als je een fout maakt, maak je die nooit voor jezelf. Iemand anders ondervindt er hinder van. Dat is een zware verantwoordelijkheid.”

Zo’n fout zou u niet meer maken?

“Ik ben inmiddels door de wol geverfd, durf eerlijk te zijn. Als ik geen tijd heb om een script te lezen, zeg ik dat. Maar als je net begint en een dwingende baas hebt aan wie je je wil bewijzen, is een leugentje om bestwil heel verleidelijk. Nooit doen dus. Geen smoesjes vertellen. Zoiets komt altijd uit en dan is het probleem vele malen groter.”

In Call My Agent blijft agent Matthias de waarheid oprekken.

“Zo wil je toch niet leven! Ik ben echt het tegenovergestelde. Ik heb alles het liefst zo transparant mogelijk. Ik haat gelieg en gedraai. En bovendien: acteurs hebben dat door. Toneelspelen is hun vak, hè. ‘Never bullshit the bullshitter,’ heeft mijn man weleens gezegd. Goed advies.”

Barry Atsma, met wie u al vijftien jaar werkt, zei: “Vanessa kan best acteren. Daarbij is ze zo charmant. Als het moet, leidt ze je zo om de tuin.”

“Ik ben me ervan bewust dat ik iemands visitekaartje ben. Als ik ergens als een hork binnenkom, is Barry voor die mensen ook meteen een hork. Het is ­letterlijk ‘re-presentatie’, hè. Ik weet hoe Barry over wil komen en pas me daarop aan. Maar acteren kan ik niet, hoor. Na een jaar toneelschool wist ik: dit is het engste vak dat er is. Ik heb er een enorm respect voor echte acteurs aan overgehouden.”

In de Netflixserie is het werk een ­aaneenschakeling van kleine en grote geheimen, keiharde onderlinge concurrentie en overvloedige vleierij om de sterren gunstig te stemmen.

“Karikaturaal en over de top natuurlijk. Maar toch ook weer spot on. Want wat steeds blijkt: het zijn niet de contracten en de onderhandelingen zelf die voor problemen zorgen, het zijn de emoties erachter. Wat doe je als iemand zich doodongelukkig voelt en onder zo’n deal uit wil? En wat ook goed is: het zoeken naar balans bij de agenten zelf. Ook wij moeten grenzen stellen. Maar dat is lastig als je vak is: vertel me je probleem en ik los het voor je op.”

Verdient u daarmee, net als de agent in de serie, ook tien procent van hun ­verdiensten?

“Ha! In Frankrijk is dat percentage in de wet vastgelegd. Hier is het iets anders. Bij makers, zoals regisseurs en scenario­schrijvers, geldt ook die tien procent. Aan acteurs vragen we vijftien procent, omdat we ook hun publiciteit en hun agenda erbij doen.”

Hennemans loopbaan omvat inmiddels 23 jaar. Ze is eigenaar van haar eigen agentschap, gevestigd aan de Amsteldijk, dat haar naam draagt en sinds de oprichting in 2005 is uitgegroeid tot een van de grootste in zijn soort. Het bedrijf vertegenwoordigt acteurs, regisseurs en scenarioschrijvers, maar ook dansers, vertalers en presentatoren. Gijs Blom, Ramsey Nasr, Isa Hoes, Kim van Kooten, Derek de Lint, Jacob Derwig, Georgina Verbaan: de halve Nederlandse filmwereld laat z’n belangen behartigen door Henneman en haar elf medewerkers. Haar kantoor bond recent twee van de populairste actrices van het land aan zich: Carice van Houten en Halina Reijn.

Henneman werkt vandaag vanuit huis. Ze serveert koffie en mineraalwater aan de keukentafel van haar appartement met uitzicht op het IJ.

Waarom kozen Carice van Houten en Halina Reijn voor u?

“Ik zou er graag de eer voor opstrijken. Maar ze hadden een erg goede agent en die stopte ermee.”

Dan zijn er toch zeker tien agentschappen die dezelfde service aanbieden. Waarom kiezen ze die van u?

“Ons voordeel is dat we zowel acteurs als makers vertegenwoordigen. Halina en Carice hebben beiden ambities op meerdere vlakken. Daarbij is onze zakelijke kennis groot. Ik ben jurist en houd oprecht van de nuances in de taal van een contract. En ik begrijp talent goed. Ik ben ook al 25 jaar samen met een acteur.”

‘Ik vond mezelf als tiener al heel wijs.’Beeld Marc de groot

“Voor ons kantoor geldt: we zijn qua reikwijdte groot, maar doen ons best de relaties intiem te houden. Een agent heeft bij ons meestal niet meer dan dertig mensen in zijn portefeuille. In Hollywood is 140 man bij dezelfde agent heel normaal. Dan kun je onmogelijk genoeg persoonlijke aandacht geven.”

Kan een acteur eigenlijk niet zelf zijn contracten afsluiten? Dat scheelt hem weer geld en mogelijke ruis van een ­tussenpersoon.

“Er zijn ook acteurs die het zonder doen, maar dat worden er wel steeds minder. Vroeger waren agenten de uitzondering. Nu is dat omgedraaid. Het is gewoon prettig, zo’n intermediair die voorkomt dat geld de inhoudelijke conversatie vertroebelt. Laat mij dat gesprek over geld en randvoorwaarden maar voeren, dan kunnen zij zich concentreren op de inhoud.”

“Ik merk het in mijn eigen leven ook: ik draai mijn hand niet om voor een stevige onderhandeling namens een acteur, maar vind het voor mezelf vervelend. Bij het kopen van dit huis heb ik een makelaar gevraagd om over de prijs te praten. Ik zou het best zelf kunnen en snap de argumentatie achter zo’n onderhandeling, maar weet op zo’n moment: ik wil het te graag, ben te emotioneel betrokken. Zoiets maakt je op zo’n moment zwakker.”

“Mijn werk bestaat voor negentig ­procent uit het dealen met emoties,” zei u eerder.

“Het een misvatting dat ons vak om geld draait. Als er een conflict ontstaat, gaat dat eigenlijk nooit over geld. Finan­ciële discussies zijn vaak juist heel duidelijk: oké, dit is te veel of te weinig, even goede vrienden. Het gaat pas schuren als er geen wederzijds begrip en waardering zijn. Daar speelt geld soms op de achtergrond alsnog een grote rol.”

“Als de verschillen tussen vraag en ­aanbod zo groot zijn dat beide partijen schoorvoetend akkoord gaan met een compromis, kan elk klein probleem de zaken op scherp zetten. Daarom adviseer ik vaak vooraf: doe het dan niet.”

Bent u hard in zulke onderhandelingen?

“Dat vind ik niet. Maar dat moet je, denk ik, aan de andere kant van de onderhandelingstafel navragen.”

Uw vader, beeldend kunstenaar Jeroen Henneman, zei grote trots te voelen als hij hoorde dat zijn dochter de zaken hard had gespeeld.

“Ik ben duidelijk, dat wel. Ik heb helder hoe ik de zaken wil hebben. Maar bij goede argumentatie ben ik altijd van het tegendeel te overtuigen. Ik ben geen drammer. Het moet fair en transparant zijn. Dan kun je heel gemakkelijk tot overeenstemming komen. Dat lukt niet als er zaken worden achtergehouden. En omdat ik niet bedonderd wil worden, vraag ik in zo’n geval de hoofdprijs.”

“Dan vinden mensen me soms hard, ja. Maar ik zeg dan altijd hetzelfde: als jij je kaarten tegen de borst houdt over je budget, kan ik ook niet meebuigen. Het is aan jou om dat te veranderen. Meestal helpt dat, soms ook niet.”

Uw collega Xenia Kasper, manager van Linda de Mol, heeft als bijnaam ‘de ­bulldog’. Ze zegt zoveel verzoeken voor De Mol te ontvangen dat ze bijna een dagtaak heeft aan nee zeggen.

“Dat is een groot deel van ons werk, ja. Mensen teleurstellen. Maar ik wil dat dat serieus gebeurt. We krijgen de vreemdste verzoeken. Acteurs die op huwelijksfeestjes moeten verschijnen of handtekeningen moeten zetten voor iemands verjaardag. Maar we reageren overal met respect op.”

Kasper gaat nog steeds mee naar elke draaidag van De Mol. Ze wekt daarmee de indruk: wie naar Linda wil, moet eerst langs mij.

“Linda de Mol is een imperium op zichzelf, die heeft dat waarschijnlijk nodig. Iemand dag en nacht bijstaan gaat richting het werk van een personal assistant. Zo iemand huren we soms los in. Wij zijn er meer voor de contracten, het zoeken naar de juiste scripts, het carrièreadvies.”

Wat als een tv-ster van het kaliber Linda de Mol zich bij u zou melden?

“We zijn niet zo sterk in showprogramma’s, dus dat zou alleen kunnen als ze een andere kant op wil met haar loopbaan. Met Daan Schuurmans, toentertijd een acteur met een behoorlijke mainstreamachtergrond, hebben we een jaar of tien geleden een goed gesprek gevoerd. Hij zei: ‘Ik zit in een hokje waar ik eigenlijk uit wil.’ Dan wordt het de eerste jaren ongelooflijk moeilijk, want het betekent heel vaak nee zeggen. De industrie is immers gebouwd op het herhalen van succes. Dus moesten alle aanvragen in die oude richting retour. Dat vraagt veel van een acteur, ook financieel. Groot respect voor Daan, die durfde te wachten tot de juiste rollen kwamen.”

Bent u ook weleens streng voor uw acteurs?

“We verlangen wel wat terug, ja. Als onze agenten na lang speuren een auditie hebben gevonden en je zegt af omdat je een feestje hebt, moeten we even praten. Want hoe ambitieus ben je dan eigenlijk? In het verleden hebben we om die reden afscheid genomen van acteurs. Want uiteindelijk moeten zij het doen, niet wij.”

Gebeurt het ook andersom? Dat mensen ontevreden opstappen?

“Ja, maar nooit bij mensen van wie ik dat zelf geen goed idee vond. Het was dan een kwestie van: wie maakt het als ­eerste uit?”

Zo’n afscheid voelt als een verkering die uitgaat?

“Zeker. Ik heb weleens snotterend met iemand in een café gezeten. Echt zo’n scène als bij het verbreken van een relatie. Het is ook zo intiem. We zijn niet hun assistent, ook niet hun baas – we werken echt samen, zijn partners. Neem Barry. Hij had de droom om naar het buitenland te gaan. Die droom hebben we echt samen gedeeld én uitgevoerd. Zo mooi als dat lukt.”

Henneman kent de kunstwereld al van jongs af aan. Haar moeder Annemiek ­Souwen was actrice. Haar vader is onder meer bekend van de 23 meter hoge sculptuur De kus, die hij begin jaren tachtig maakte (tegenwoordig op het Anton de Komplein in Zuidoost). En ook het latere werk De schreeuw (2007) is van hem, het monument voor Theo van Gogh in het Oosterpark.

U koos rechten als eerste studie. Wilde u zich afzetten tegen uw ouders?

“Ik weet niet eens of het waar is, maar ik heb altijd het gevoel gehad dat ze liever wilden dat ik een beetje hetzelfde zou doen als zij. Dat nooit, dacht ik. Ik vond mezelf als tiener al heel wijs en had een enorme behoefte alles zelf te doen. Naast mijn ouders was er ook nog mijn tante Maria, die het journaal voorlas. Als ik ergens mijn achternaam noemde, was het altijd: ‘O, van Jeroen?’ Of: ‘Van Maria?’”

“Toen ik aan het einde van de middelbare school een beroepskeuzetest deed, streepte ik heel puberaal alles wat met kunst te maken had door. Fiscaal adviseur, kwam eruit. Maar na een jaar rechten voelde ik al: dit is niet mijn wereld. Ik ben alsnog naar de toneelschool gegaan en weer een jaar later naar de filmacademie.”

‘Als Barry privé wankelt, wordt het vanzelf ook zakelijk.’Beeld Marc de groot

“Drie studies in een paar jaar tijd. Een puinhoop, vond ik. Maar nu zie ik dat het precies de goede achtergrond is voor mijn huidige werk. Alsof ik het vooraf had bedacht. Rechten heb ik veel later nog wel afgemaakt in de avonduren. Ik was al agent en merkte dat ik me in onderhandelingen soms weggedrukt voelde door juristen. Dat gebeurt me nu niet meer.”

Waar wilde u zich dan precies tegen afzetten?

“Ik was vooral een echte puber, wilde precies het tegenovergestelde van mijn ouders. Ik kon me ergeren aan de onhandige en niet zakelijke manier waarop ze dingen aanpakten. En ik vond ze ongedisciplineerd. Als reactie wilde ik altijd op tijd naar bed. Dan zei m’n moeder: ‘Zo laat is het niet, blijf nog maar even op.’ Maar ik wilde fit zijn voor de volgende dag. Of ze zei: ‘Ga je nu weer naar school? Daar was je gisteren ook al.’ Het onderliggende oordeel was: burgerlijkheid, in de pas lopen, is slecht. Die houding is altijd bij me ­gebleven. Ik vind wandelen nu heel leuk. Dat was eigenlijk al veel eerder zo, maar ik deed het niet. Steeds die gedachte: wandelschoenen, vogels kijken, then you might as well die. Maar waarom eigenlijk? Ik heb in coronatijd heerlijk gewandeld. Ook met mijn vader, trouwens.”

Was u zo’n rebel? Ik begreep dat u al vroeg op zichzelf ging wonen.

“Nou, zo zelfstandig was dat nog niet, hoor. Er kwam een verdieping vrij in het huis van mijn moeder. Daar kon ik enigszins onafhankelijk wonen. Ik voelde me toen veel volwassener dan ik in werkelijkheid was. Op mijn twaalfde dacht ik al wel te weten hoe het allemaal in elkaar zat.”

Uw ouders gingen uit elkaar toen u 4 jaar was.

“Ik heb met hen beiden een geheel gescheiden relatie gehad. Zij hebben geen contact meer met elkaar. Mijn moeder heeft altijd voor me gezorgd, mijn vader woonde in de buurt. Ik ging er langs als ik er zin in had.”

Hij zei over uw opvoeding: “Dat was niet iets waar ik me mee bezighield.”

“Ik zou hem als vader geen 10 geven, maar als mens, vriend en kunstenaar komt hij daar wel bij in de buurt.”

Wat vond u toen van die opstelling van uw vader?

“Ik ben er eigenlijk pas iets van gaan vinden toen ik zelf kinderen had. Dat ik naar mijn 3-jarige heerlijke meisje keek en dacht: op dit moment ging jij dus weg? Maar mijn vader leeft totaal vrij van conventies. Hij vindt: je bent hier maar een jaar of tachtig en moet helemaal zelf bepalen wat je met die tijd doet. Daarmee heeft hij mensen pijn gedaan, zeker. Maar hij accepteert alle consequenties. Als ik hem nu niet meer zo vaak zou willen zien vanwege vroeger, had hij niet gepiept. Maar dat is niet gebeurd. We hebben tegenwoordig meer contact dan ooit.”

Je zou kunnen zeggen: een vader moet er de eerste achttien jaar gewoon zijn voor zijn kind.

“Daar is hij het gewoon niet mee eens. Daar kun je van alles van vinden en ik heb het zeker niet altijd makkelijk gevonden, maar ik ben er van losgekomen. Nu denk ik: er is geen ouder die niet alles geeft voor zijn kind. Dit was voor hem gewoon alles. Ik zou mezelf beschadigen als ik daarop blijf drammen. Het is wat het is.”

Drie maanden nadat u moeder werd, werd hij opnieuw vader. Zijn ­eerste kleinkind en uw halfbroer zijn ongeveer even oud.

“Liepen we ineens naast elkaar achter een kinderwagen. Dat was ingewikkeld. Ik dacht: gast, je hoort nu gewoon opa te zijn. Maar ik heb ervoor gekozen hem steeds als mijn vader te blijven zien, niet als een vriend die toevallig ook een kind heeft. Het was heel dubbel. Want ik kreeg wel een broertje. Eindelijk iemand om lekker mee over mijn vader te praten.”

Uw vader zei juist dat hij warme herinneringen koestert aan de tijd dat hij met u kon praten over zwemles of de eerste dag op school.

“Het was ook leuk. Maar voor mij ook verwarrend. Weet je wat het vooral was met mijn jeugd? Ik wilde gewoon dat het een keer normaal was, zoals bij mijn klasgenoten thuis, die om zes uur aan tafel gingen. Maar kunstenaars zijn niet normaal. Mijn moeder liep in heel opvallende jurken of had ineens een gek kapsel als ze me uit school haalde. Nu vind ik het geweldig – mijn klasgenoten toen ook al, trouwens – maar ik vond het vooral gênant. En toen ik moeder werd, wilde ik normale grootouders voor mijn kind. Niet een opa die net zelf net een baby had.”

Dacht u, toen u kinderen kreeg: die ga ik nu eens heel normaal opvoeden?

“Daniël en ik hebben het zo burgerlijk mogelijk aangepakt, ja. Ook al is hij ­opgegroeid in Ruigoord, waar het er nog abnormaler aan toeging dan bij mij. We zijn voor de kinderen in de Watergraafsmeer gaan wonen. Ik ben heel blij dat we het zo gedaan hebben. En ja, we aten elke avond om zes uur. We waren wel heel open. Toen ons huwelijk even niet lekker liep, hebben we dat met het hele gezin besproken. Openheid is misschien wel het sleutelwoord in onze opvoeding.”

Raakt dit ook aan de manier waarop u zich ontfermt over cliënten, toch ook van die rare kunstenaars?

“Ook daar gaat het om openheid, duidelijkheid en interesse. Het is gewoon belangrijk om te weten hoe het echt met iemand gaat. We kunnen de agenda van Barry wel netjes volplannen, maar we moeten wel weten of hij het aankan. Als hij privé wankelt, wordt het vanzelf ook zakelijk.”

Voelt u zich op dat soort momenten ook een beetje moeder?

“Mijn werk is ergens wel moederlijk, ja. Al noem ik het liever spiegelend: ‘Ik hoor je alleen maar zeggen dat je moe bent, vind je het echt een goed idee deze extra klus aan te nemen?’ Ik zie ons bedrijf ook graag als een soort familie. We delen mooie én moeilijke momenten, maar zijn er altijd voor elkaar.” 

Vanessa Henneman behartigt de belangen van de halve Nederlandse filmwereld: ‘Het een misvatting dat ons vak om geld draait.’

Vanessa Henneman

29 oktober 1968, Amsterdam

1973-1981 Asvo, Amsterdam

1981-1987 Montessori Lyceum, Amsterdam

1987-1988 Propedeuse rechten, Universiteit van Amsterdam

1988-1989 Guildford School of Acting and Dance, Guildford, UK (niet afgemaakt)

1989-1993 Bachelor of Arts, Film and Video, The London Institute, UK

1993-1997 Diverse banen, onder meer producer bij de VPRO en Valkieser

1993-2002 Deeltijd master rechten, Universiteit van Amsterdam

1997-2004 Agent/manager bij Features Creative Management, Amsterdam

2005-heden Manager/agent Henneman Agency

Vanessa Henneman woont met haar partner in Noord.